Vertaling van tears

Inhoud:

Engels
Nederlands
to tear, to tear apart {ww.}
vaneenscheuren
verscheuren 
doorscheuren

he/she/it tears

hij/zij/het scheurt vaneen
» meer vervoegingen van vaneenscheuren

to rip, to tear {ww.}
rijten
scheuren 

he/she/it tears

hij/zij/het rijt
» meer vervoegingen van rijten

crying, tears, weeping {zn.}
gehuil [o] (het ~)
gesnotter
geklaag
gekerm [o] (het ~)
gejank [o] (het ~)
gejammer [o] (het ~)
gegrien
to tear {ww.}
uitscheuren

he/she/it tears

hij/zij/het scheurt uit
» meer vervoegingen van uitscheuren

to bust, to rupture, to snap, to tear {ww.}
doorscheuren

he/she/it tears

hij/zij/het doorscheurt
» meer vervoegingen van doorscheuren

to deplumate, to deplume, to displume, to pluck, to pull, to tear {ww.}
plukken

he/she/it tears

hij/zij/het plukt
» meer vervoegingen van plukken

to deplumate, to deplume, to displume, to pluck, to pull, to tear {ww.}
plukken

he/she/it tears

hij/zij/het plukt
» meer vervoegingen van plukken

to tear {ww.}
afscheuren

he/she/it tears

hij/zij/het scheurt af
» meer vervoegingen van afscheuren

to bust, to rupture, to snap, to tear {ww.}
doorscheuren
scheuren

he/she/it tears

hij/zij/het doorscheurt
» meer vervoegingen van doorscheuren

to tear {ww.}
stukscheuren

he/she/it tears

hij/zij/het scheurt stuk
» meer vervoegingen van stukscheuren

to bust, to rupture, to snap, to tear {ww.}
doortrekken

he/she/it tears

hij/zij/het doortrekt
» meer vervoegingen van doortrekken

to tear {ww.}
inscheuren

he/she/it tears

hij/zij/het scheurt in
» meer vervoegingen van inscheuren

to buck, to charge, to shoot, to shoot down, to tear {ww.}
ontrukken

he/she/it tears

hij/zij/het ontrukt
» meer vervoegingen van ontrukken

to tear {ww.}
lostrekken

he/she/it tears

hij/zij/het trekt los
» meer vervoegingen van lostrekken

to tear {ww.}
losbreken

he/she/it tears

hij/zij/het breekt los
» meer vervoegingen van losbreken



Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

She shed bitter tears.

Ze huilde bittere tranen.

Wipe your tears.

Droog je tranen.

He burst into tears.

Hij brak in tranen uit.

His eyes filled with tears.

Haar ogen vulden zich met tranen.

Her eyes filled with tears.

Haar ogen vulden zich met tranen.

Tears ran down my cheeks.

Tranen liepen over mijn wangen.

Tears trickled down her cheeks.

Tranen biggelden over haar wangen.

The movie moved her to tears.

De film bracht haar aan het wenen.

I see tears in your eyes.

Ik zie tranen in je ogen.

Tears came into my eyes when I was chopping onions.

Ik kreeg tranen in mijn ogen toen ik de uien fijnsneed.

Without music, the world is a valley of tears.

Zonder muziek is de wereld een tranendal.

Without music the world is a vale of tears.

Zonder muziek is de wereld een tranendal.

She called out to him, with tears running down her cheeks.

Ze riep naar hem, terwijl tranen over haar wangen rolden.


Gerelateerd aan tears

tear - tear apart - rip - crying - weeping - bust - rupture - snap - deplumate - deplume - displume - pluck - pull - buck - chargesound - expression - bust - rip up - draw - remove - deplumate - come away - break - destroy - damage - fleece - loosen