Vertaling van think of
gedenken
Voorbeelden in zinsverband
I can't think of everything.
Ik kan niet aan alles denken.
I can't think of anything.
Ik kan niks bedenken.
Can you think of something better?
Weet gij iets beters?
I have to think of my children.
Ik moet aan mijn kinderen denken.
What do you think of war?
Wat denken jullie van oorlog?
I think of you all the time.
Ik denk de hele tijd aan jullie.
What do you think of him?
Wat denk jij van hem?
Won't somebody please think of the children?!
Wil iemand denken aan de kinderen!
What do you think of his suggestion?
Wat denk jij van zijn voorstel?
What do you think of modern art?
Wat denkt u van moderne kunst?
What do you think of Japan?
Wat denk je van Japan?
I can't think of his name just now.
Ik kan even niet op zijn naam komen.
You can't expect me to always think of everything!
Je kunt niet van me verwachten dat ik altijd overal aan denk!
I can think of him as a very good friend, but I can't think of him as a lover.
Ik kan hem me voorstellen als een goede vriend, doch niet als een minnaar.
What did you think of the play?
Hoe vond je de voorstelling?