Vertaling van to beleaguer
Inhoud:
Engels
Nederlands
to besiege, to beleaguer, to beset {ww.}
belegeren
I beleaguer
you beleaguer
we beleaguer
ik beleger
jij belegert
wij belegeren
» meer vervoegingen van belegeren
to beleaguer, to besiege, to circumvent, to hem in, to surround {ww.}
belegeren
I beleaguer
you beleaguer
we beleaguer
ik beleger
jij belegert
wij belegeren
» meer vervoegingen van belegeren
to beleaguer, to besiege, to circumvent, to hem in, to surround {ww.}
omsingelen
I beleaguer
you beleaguer
we beleaguer
ik omsingel
jij omsingelt
wij omsingelen
» meer vervoegingen van omsingelen
to badger, to beleaguer, to bug, to pester, to tease {ww.}
pesten
negeren
nijdassen
koeioneren
judassen
jennen
negeren
nijdassen
koeioneren
judassen
jennen
I beleaguer
you beleaguer
we beleaguer
ik pest
jij pest
wij pesten
» meer vervoegingen van pesten