Vertaling van to can
I can
you can
he/she/it can
ik blik in
jij blikt in
hij/zij/het blikt in
» meer vervoegingen van inblikken
wecken
I can
you can
he/she/it can
ik steriliseer
jij steriliseert
hij/zij/het steriliseert
» meer vervoegingen van steriliseren
I can
you can
he/she/it can
ik loof uit
jij looft uit
hij/zij/het looft uit
» meer vervoegingen van uitloven
wippen
I can
you can
he/she/it can
ik ontsla
jij ontslaat
hij/zij/het ontslaat
» meer vervoegingen van ontslaan
I can
you can
he/she/it can
ik kan
jij kan
hij/zij/het kan
» meer vervoegingen van kunnen
I can
you can
he/she/it can
ik zet af
jij zet af
hij/zij/het zet af
» meer vervoegingen van afzetten
I can
you can
he/she/it can
ik blik in
jij blikt in
hij/zij/het blikt in
» meer vervoegingen van inblikken
weten
vermogen
I can
you can
he/she/it can
ik kan
jij kan
hij/zij/het kan
» meer vervoegingen van kunnen