Vertaling van to constrict

Inhoud:

Engels

Nederlands

to constrict, to narrow {ww.}

inperken

I constrict
you constrict
we constrict

ik perk in
jij perkt in
wij perken in
» meer vervoegingen van inperken

to clasp, to clench, to compress, to constrict, to sandwich, to squeeze {ww.}

samenknijpen
ineendrukken
samendrukken
ineendringen

I constrict
you constrict
we constrict

ik knijp samen
jij knijpt samen
wij knijpen samen
» meer vervoegingen van samenknijpen

to confine, to limit, to restrict, to constrain, to constrict, to curtail, to stint, to abridge {ww.}

beperkingen opleggen aan
beknotten
beperken
begrenzen

I constrict
you constrict
we constrict

ik beknot
jij beknot
wij beknotten
» meer vervoegingen van beknotten

to compact, to compress, to constrict, to contract, to press, to squeeze {ww.}

ineenkrimpen
ineenkronkelen
samentrekken

I constrict
you constrict
we constrict

ik krimp ineen
jij krimpt ineen
wij krimpen ineen
» meer vervoegingen van ineenkrimpen

to compact, to compress, to constrict, to contract, to press, to squeeze {ww.}

persen

I constrict
you constrict
we constrict

ik pers
jij perst
wij persen
» meer vervoegingen van persen

to compact, to compress, to constrict, to contract, to press, to squeeze {ww.}

samentrekken

I constrict
you constrict
we constrict

ik trek samen
jij trekt samen
wij trekken samen
» meer vervoegingen van samentrekken

to compact, to compress, to constrict, to contract, to press, to squeeze {ww.}

wringen

I constrict
you constrict
we constrict

ik wring
jij wringt
wij wringen
» meer vervoegingen van wringen

to compact, to compress, to constrict, to contract, to press, to squeeze {ww.}

vernauwen

I constrict
you constrict
we constrict

ik vernauw
jij vernauwt
wij vernauwen
» meer vervoegingen van vernauwen