Vertaling van to cross
Inhoud:
Engels
Nederlands
to cross {ww.}
kruisen
over elkaar slaan
over elkaar slaan
I cross
you cross
we cross
ik kruis
jij kruist
wij kruisen
» meer vervoegingen van kruisen
The ship will cross the equator tonight.
Het schip zal vannacht de evenaar kruisen.
to cross, to go beyond, to cover, to pass {ww.}
overlopen
oversteken
overgaan
oversteken
overgaan
I cross
you cross
we cross
ik overloop
jij overloopt
wij overlopen
» meer vervoegingen van overlopen
to cross, to pass over {ww.}
oversteken
I cross
you cross
we cross
ik steek over
jij steekt over
wij steken over
» meer vervoegingen van oversteken
to go beyond, to cross {ww.}
oversteken
te boven gaan
overgaan
te boven gaan
overgaan
I cross
you cross
we cross
ik steek over
jij steekt over
wij steken over
» meer vervoegingen van oversteken
to cross out, to cancel, to cross, to overstrike {ww.}
I cross
you cross
we cross
ik schrap uit
jij schrapt uit
wij schrappen uit
» meer vervoegingen van uitschrappen