Vertaling van to laugh
Inhoud:
Engels
Nederlands
to laugh {ww.}
lachen
I laugh
you laugh
we laugh
ik lach
jij lacht
wij lachen
» meer vervoegingen van lachen
He does nothing but laugh.
Hij doet niks dan lachen.
That made me laugh.
Dat bracht me aan het lachen.
to express joy, to express mirth, to laugh {ww.}
lachen
I laugh
you laugh
we laugh
ik lach
jij lacht
wij lachen
» meer vervoegingen van lachen
All at once they began to laugh.
Ze begonnen allemaal tegelijkertijd te lachen.
Man is the only animal that can laugh.
De mens is het enige dier dat kan lachen.
Voorbeelden in zinsverband
Engels
Nederlands
All at once they began to laugh.
Ze begonnen allemaal tegelijkertijd te lachen.
A Frenchman, for instance, might find it hard to laugh at a Russian joke.
Een Fransman bijvoorbeeld kan misschien moeilijk lachen om een Russische grap.