Vertaling van to marry
de vrouw worden van
huwen
I marry
you marry
we marry
ik huw
jij huwt
wij huwen
» meer vervoegingen van huwen
I marry
you marry
we marry
ik trouw
jij trouwt
wij trouwen
» meer vervoegingen van trouwen
de man worden van
huwen
I marry
you marry
we marry
ik huw
jij huwt
wij huwen
» meer vervoegingen van huwen
I marry
you marry
we marry
ik trouw
jij trouwt
wij trouwen
» meer vervoegingen van trouwen
I marry
you marry
we marry
ik trouw
jij trouwt
wij trouwen
» meer vervoegingen van trouwen
I marry
you marry
we marry
ik trouw
jij trouwt
wij trouwen
» meer vervoegingen van trouwen
I marry
you marry
we marry
ik trouw
jij trouwt
wij trouwen
» meer vervoegingen van trouwen
I marry
you marry
we marry
ik trouw
jij trouwt
wij trouwen
» meer vervoegingen van trouwen
Voorbeelden in zinsverband
He promised to marry her.
Hij beloofde met haar te trouwen.
She decided to marry him.
Ze besliste met hem te trouwen.
You're too young to marry.
Je bent te jong om te trouwen.
He decided to marry her.
Hij besliste om met haar te trouwen.
I want to marry you.
Ik wil met je trouwen.
Mary wants to marry a millionaire.
Mary wil met een miljonair trouwen.
She asked him to marry her.
Zij vroeg hem haar te trouwen.
Mary wants to marry a Formula 1 driver.
Mary wil met een Formule 1-rijder trouwen.
The man she's going to marry is an astronaut.
De man met wie ze gaat trouwen is een astronaut.
He made up his mind to marry her.
Hij besloot met haar te trouwen.
I will never force you to marry him.
Ik zal je nooit dwingen om met hem te trouwen.
He asked her to marry him, and she accepted.
Hij vroeg haar ten huwelijk, en ze zei ja.
I asked her to marry me and she accepted.
Ik heb haar gevraagd met mij te trouwen, en ze heeft ja gezegd.
If you want to marry me you need to get on your knees and give me a ring.
Als je met me wilt trouwen zul je op de knieën moeten en me een ring moeten geven.