Vertaling van to polish
wrijven
schuren
polijsten
poetsen
boenen
I polish
you polish
we polish
ik zoet
jij zoet
wij zoeten
» meer vervoegingen van zoeten
schoenen poetsen
I polish
you polish
we polish
ik poets
jij poetst
wij poetsen
» meer vervoegingen van poetsen
I polish
you polish
we polish
ik poets uit
jij poetst uit
wij poetsen uit
» meer vervoegingen van uitpoetsen
I polish
you polish
we polish
ik slijp glad
jij slijpt glad
wij slijpen glad
» meer vervoegingen van gladslijpen
I polish
you polish
we polish
ik slijp
jij slijpt
wij slijpen
» meer vervoegingen van slijpen
I polish
you polish
we polish
ik schaaf bij
jij schaaft bij
wij schaven bij
» meer vervoegingen van bijschaven
I polish
you polish
we polish
ik wrijf glad
jij wrijft glad
wij wrijven glad
» meer vervoegingen van gladwrijven
I polish
you polish
we polish
ik schaaf
jij schaaft
wij schaven
» meer vervoegingen van schaven
I polish
you polish
we polish
ik poets schoon
jij poetst schoon
wij poetsen schoon
» meer vervoegingen van schoonpoetsen
polijsten
I polish
you polish
we polish
ik verfijn
jij verfijnt
wij verfijnen
» meer vervoegingen van verfijnen
I polish
you polish
we polish
ik schaaf bij
jij schaaft bij
wij schaven bij
» meer vervoegingen van bijschaven
I polish
you polish
we polish
ik slijp bij
jij slijpt bij
wij slijpen bij
» meer vervoegingen van bijslijpen
uitboenen
I polish
you polish
we polish
ik boen
jij boent
wij boenen
» meer vervoegingen van boenen