Vertaling van trash
Inhoud:
Engels
Nederlands
to ruin, to destroy, to devastate, to spoil, to trash, to wreck {ww.}
verwoesten
ruïneren
ruïneren
I trash
you trash
we trash
ik verwoest
jij verwoest
wij verwoesten
» meer vervoegingen van verwoesten
sweepings, trash {zn.}
vuil
uitvaagsel
samenraapsel
veegsel
rommel
uitvaagsel
samenraapsel
veegsel
rommel
paste, trash {zn.}
similidiamant
debris, rubbish, rubble, detritus, trash, waste {zn.}
They looked at the rubbish, then they looked at each other.
Eerst zagen ze de rommel, vervolgens keken ze elkaar aan.
They fine you in Singapore if you throw trash in the streets.
In Singapore krijg je een boete als je afval op straat gooit.
junk, trash {zn.}
snert
prul
rommel
lor
prul
rommel
lor
to pan, to tear apart, to trash {ww.}
geselen
hekelen
hekelen
I trash
you trash
we trash
ik gesel
jij geselt
wij geselen
» meer vervoegingen van geselen
to pan, to tear apart, to trash {ww.}
uiteenrukken
I trash
you trash
we trash
ik ruk uiteen
jij rukt uiteen
wij rukken uiteen
» meer vervoegingen van uiteenrukken