Vertaling van treat to

Inhoud:

Engels
Nederlands
to treat to {ww.}
trakteren op
onthalen op
to treat, to address, to handle, to tackle {ww.}
behandelen 
verhandelen

I treat
you treat
we treat

ik behandel
jij behandelt
wij behandelen
» meer vervoegingen van behandelen

Treat a decayed tooth.
Een aangetaste tand/kies behandelen.
to entertain, to treat {ww.}
trakteren
vrijhouden
vergasten
onthalen

I treat
you treat
we treat

ik trakteer
jij trakteert
wij trakteren
» meer vervoegingen van trakteren

to handle, to treat, to deal, to address, to process, to deal with {ww.}
behandelen 
onderhandelen

I treat
you treat
we treat

ik behandel
jij behandelt
wij behandelen
» meer vervoegingen van behandelen

to care for, to cure, to treat, to heal, to remedy {ww.}
behandelen 
cureren

I treat
you treat
we treat

ik behandel
jij behandelt
wij behandelen
» meer vervoegingen van behandelen

to do by, to handle, to treat {ww.}
behandelen
bejegenen

I treat
you treat
we treat

ik behandel
jij behandelt
wij behandelen
» meer vervoegingen van behandelen

to do by, to handle, to treat {ww.}
omspringen
omgaan

I treat
you treat
we treat

ik spring om
jij springt om
wij springen om
» meer vervoegingen van omspringen

to regale, to treat {ww.}
trakteren
onthalen
fuiven
vergasten

I treat
you treat
we treat

ik trakteer
jij trakteert
wij trakteren
» meer vervoegingen van trakteren

to process, to treat {ww.}
bewerken
verwerken

I treat
you treat
we treat

ik bewerk
jij bewerkt
wij bewerken
» meer vervoegingen van bewerken

to address, to cover, to deal, to handle, to plow, to treat {ww.}
behandelen

I treat
you treat
we treat

ik behandel
jij behandelt
wij behandelen
» meer vervoegingen van behandelen

to process, to treat {ww.}
behandelen

I treat
you treat
we treat

ik behandel
jij behandelt
wij behandelen
» meer vervoegingen van behandelen

to care for, to treat {ww.}
behandelen

I treat
you treat
we treat

ik behandel
jij behandelt
wij behandelen
» meer vervoegingen van behandelen



Gerelateerd aan treat to

treat - address - handle - tackle - entertain - deal - process - deal with - care for - cure - heal - remedy - do by - regale - coveract - administer - alter - dilate - process - care