Vertaling van trend

Inhoud:

Engels
Nederlands
tendency, bias, slant, thrust, trend, affection {zn.}
tendens 
trend
tendentie [v]
stroming [v]
strekking [v]
stemming  [v]
richting  [v]
direction, trend {zn.}
richting  [v]
richtlijn
koers
leiding  [v]
Which direction did he go?
In welke richting ging hij heen?
In which direction did he go?
In welke richting ging hij heen?
to curve, to cut, to sheer, to slew, to slue, to swerve, to trend, to veer {ww.}
uitwijken
ontwijken

I trend
you trend
we trend

ik wijk uit
jij wijkt uit
wij wijken uit
» meer vervoegingen van uitwijken

to curve, to cut, to sheer, to slew, to slue, to swerve, to trend, to veer {ww.}
zwenken
zwaaien
evolueren
uitzwenken
afzwenken

I trend
you trend
we trend

ik zwenk
jij zwenkt
wij zwenken
» meer vervoegingen van zwenken

tendency, trend {zn.}
tendentie
trend [m] (de ~)
tendens [m] (de ~)
course, trend {zn.}
koers [m] (de ~)


Gerelateerd aan trend

tendency - bias - slant - thrust - affection - direction - curve - cut - sheer - slew - slue - swerve - veer - coursego - turn - direction