Vertaling van trial

Inhoud:

Engels
Nederlands
trial, assize {zn.}
zitting
affliction, distress, sorrow, trial, woe {zn.}
verdriet 
droefheid  [v]
hartzeer
beproeving  [v]
adjudication, trial, hearing, judgement {zn.}
berechting [v]
attempt, test, bid, rehearsal, shot, trial, try {zn.}
test 
proef
poging [v]
toets
toetsing [v]
beproeving  [v]
It's worth a try.
Het is een poging waard.
His attempt to escape was successful.
Zijn poging tot ontsnappen was geslaagd.
action, case, hearing, lawsuit, suit, trial {zn.}
zaak 
rechtsgeding 
proces
gerechtszaak
geding
rechtszaak
Voilá! Case resolved!
Zaak opgelost!
The case is closed.
De zaak wordt gesloten.
affliction, ordeal, trial {zn.}
beproeving  [v]
agony, trial {zn.}
bezoeking  [v]
test, trial {zn.}
proefstuk
probeersel


Gerelateerd aan trial

synoniemen

assize - affliction - distress - sorrow - woe - adjudication - hearing - judgement - attempt - test - bid - rehearsal - shot - try - action