Vertaling van uncouple
Inhoud:
Engels
Nederlands
to uncouple {ww.}
afkoppelen
ontkoppelen
afhaken
ontkoppelen
afhaken
I uncouple
you uncouple
we uncouple
ik koppel af
jij koppelt af
wij koppelen af
» meer vervoegingen van afkoppelen
to decouple, to uncouple {ww.}
ontkoppelen
loskoppelen
loskoppelen
I uncouple
you uncouple
we uncouple
ik ontkoppel
jij ontkoppelt
wij ontkoppelen
» meer vervoegingen van ontkoppelen