Vertaling van united states
Voorbeelden in zinsverband
The United States borders Canada.
De Verenigde Staten grenzen aan Canada.
We live in the United States.
Wij wonen in de Verenigde Staten.
What language do they speak in the United States?
Welke taal spreken ze in Amerika?
The United States became a nation in 1776.
De Verenigde Staten werden een natie in 1776.
Germany did not want war with the United States.
Duitsland wilde geen oorlog met de Verenigde Staten.
Barack Obama is the President of the United States.
Barack Obama is de president van de Verenigde Staten.
Japan and the United States became friendly nations.
Japan en de VSA werden bevriende landen.
She was in the United States last month.
Ze was afgelopen maand in Amerika.
He went to the United States to study medicine.
Hij ging naar Amerika om medicijnen te studeren.
You will miss Japanese food in the United States.
Je zal Japans eten in de Verenigde Staten missen.
What is the capital of the United States?
Wat is de hoofdstad van de Verenigde Staten van Amerika?
He went to the United States to study English.
Hij is naar Amerika gegaan om Engels te leren.
Why did he live in the United States?
Waarom heeft hij in de Verenigde Staten gewoond?
I went to Europe by way of the United States.
Ik ging via de Verenigde Staten naar Europa.
Can we say "No" to the United States?
Kunnen we "nee" zeggen tegen Amerika?