Vertaling van urge

Inhoud:

Engels
Nederlands
to encourage, to impel, to instigate, to spur on, to urge, to prod, to prompt, to abet, to stir {ww.}
aansporen 
aanvuren
aanwakkeren
opwekken
zwepen

I urge
you urge
we urge

ik spoor aan
jij spoort aan
wij sporen aan
» meer vervoegingen van aansporen

to fan, to fire, to inspire, to stimulate, to stir up, to urge {ww.}
verlevendigen
aanwakkeren
aanzetten
aanvuren

I urge
you urge
we urge

ik wakker aan
jij wakkert aan
wij wakkeren aan
» meer vervoegingen van aanwakkeren

to hurry, to press, to urge {ww.}
dringen
haasten
jachten
tot haast aanzetten
urgent zijn

I urge
you urge
we urge

ik dring
jij dringt
wij dringen
» meer vervoegingen van dringen

to advocate, to recommend, to urge {ww.}
debiteren
verkopen

I urge
you urge
we urge

ik debiteer
jij debiteert
wij debiteren
» meer vervoegingen van debiteren

to exhort, to press, to urge, to urge on {ww.}
aandrijven

I urge
you urge
we urge

ik drijf aan
jij drijft aan
wij drijven aan
» meer vervoegingen van aandrijven

to advocate, to recommend, to urge {ww.}
aanraden
raden
adviseren

I urge
you urge
we urge

ik raad aan
jij raadt aan
wij raden aan
» meer vervoegingen van aanraden

Can you recommend me a good camera?
Kunt u mij een goed fototoestel aanraden?
Can anyone recommend me a good monolingual German dictionary?
Kan iemand mij een goed eentalig Duits woordenboek aanraden?
to exhort, to press, to urge, to urge on {ww.}
aanjagen
aanzetten

drijven
zetten
manen
pramen
instigeren
aanporren
aanmanen
aandrijven
aansporen

I urge
you urge
we urge

ik jaag aan
jij jaagt aan
wij jagen aan
» meer vervoegingen van aanjagen

to exhort, to press, to urge, to urge on {ww.}
dringen

I urge
you urge
we urge

ik dring
jij dringt
wij dringen
» meer vervoegingen van dringen

to exhort, to press, to urge, to urge on {ww.}
opporren
pressen
opjagen
opjuinen
opjutten

I urge
you urge
we urge

ik por op
jij port op
wij porren op
» meer vervoegingen van opporren

to exhort, to press, to urge, to urge on {ww.}
aanmanen
sommeren

I urge
you urge
we urge

ik maan aan
jij maant aan
wij manen aan
» meer vervoegingen van aanmanen

to barrack, to cheer, to exhort, to inspire, to pep up, to root on, to urge, to urge on {ww.}
bejubelen
toejuichen

I urge
you urge
we urge

ik bejubel
jij bejubelt
wij bejubelen
» meer vervoegingen van bejubelen

to exhort, to press, to urge, to urge on {ww.}
oproepen

I urge
you urge
we urge

ik roep op
jij roept op
wij roepen op
» meer vervoegingen van oproepen

itch, urge {zn.}
aanvechting [v] (de ~)


Gerelateerd aan urge

encourage - impel - instigate - spur on - prod - prompt - abet - stir - fan - fire - inspire - stimulate - stir up - hurry - pressnarrate - persuade - assay - tell - force - exhort - burden - receive - disposition