Vertaling van used

Inhoud:

Engels
Nederlands
used {bn.}
afgewerkt
gebruikt
to employ, to make use of, to use, to turn to account {ww.}
gebruiken 
benutten 
aanwenden 

I used
you used
he/she/it used

ik gebruikte
jij gebruikte
hij/zij/het gebruikte
» meer vervoegingen van gebruiken

May I use this?
Mag ik dit gebruiken?
May I use this pencil?
Mag ik dit potlood gebruiken?
secondhand, used {bn.}
tweedehands
to apply, to employ, to use, to utilise, to utilize {ww.}
verwerken

I used
you used
he/she/it used

ik verwerkte
jij verwerkte
hij/zij/het verwerkte
» meer vervoegingen van verwerken

to apply, to practice, to use {ww.}
toegepast
toepassen

I used
you used
he/she/it used

ik paste toe
jij paste toe
hij/zij/het paste toe
» meer vervoegingen van toepassen

to apply, to employ, to use, to utilise, to utilize {ww.}
beproeven

I used
you used
he/she/it used

ik beproefde
jij beproefde
hij/zij/het beproefde
» meer vervoegingen van beproeven

to apply, to employ, to use, to utilise, to utilize {ww.}
omgaan
hanteren
behandelen

I used
you used
he/she/it used

ik ging om
jij ging om
hij/zij/het ging om
» meer vervoegingen van omgaan

to expend, to use {ww.}
bedienen

I used
you used
he/she/it used

ik bediende
jij bediende
hij/zij/het bediende
» meer vervoegingen van bedienen

to apply, to employ, to use, to utilise, to utilize {ww.}
gebruiken
nemen
toepassen
pakken
bezigen
aanwenden

I used
you used
he/she/it used

ik gebruikte
jij gebruikte
hij/zij/het gebruikte
» meer vervoegingen van gebruiken

Can I use this bike?
Mag ik deze fiets gebruiken?
Can I use your pencil?
Mag ik jouw potlood gebruiken?


Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

I'm used to it.

Ik ben eraan gewend.

Tom used a toothpick.

Tom gebruikte een tandenstoker.

I used to drink beer.

Ik was gewend om bier te drinken.

He is used to such situations.

Hij is dergelijke situaties gewoon.

I'm not used to speaking in public.

Ik ben niet gewoon voor een publiek te spreken.

My dad used to drive a Beetle.

Vroeger reed mijn vader een Kever.

Japanese currency is widely used here.

Op deze plek wordt Japanse valuta uitgebreid gebruikt.

Tom used up all his bullets.

Tom heeft alle zijn kogels verbruikt.

We used to be close friends.

Vroeger waren we dikke vrienden.

English is used by many people.

Het Engels wordt door veel mensen gebruikt.

I'm used to cooking for myself.

Ik ben gewoon om voor mezelf te koken.

This car is used by my father.

Deze auto wordt gebruikt door mijn vader.

Until now I've never used an axe.

Tot nu toe heb ik nog nooit een bijl gebruikt.

She used to address me as Tom.

Vroeger sprak ze me altijd aan met Tom.

What is this thing used for?

Waarvoor wordt dit gebruikt?


Gerelateerd aan used

employ - make use of - use - turn to account - secondhand - apply - utilise - utilize - practice - expendapply - work