Vertaling van vacuum

Inhoud:

Engels
Nederlands
vacuum {zn.}
vacuüm
luchtledige ruimte
vacuum, vacuum cleaner {zn.}
luchtledig
vacuüm
emptiness, vacancy, vacuum, void {zn.}
manco
vacuüm [o] (het ~)
leegte [v] (de ~)
lacune [m] (de ~)
hiaat [m] (de/het ~)
gaping
leemte [v] (de ~)
vacuity, vacuum {zn.}
luchtledig
vacuüm [o] (het ~)
to hoover, to vacuum, to vacuum-clean {ww.}
stofzuigen
zuigen
stofzuigeren
I need to hoover.
Ik moet stofzuigen.
emptiness, vacancy, vacuum, void {zn.}
vide [v] (de/het ~)


Gerelateerd aan vacuum

vacuum cleaner - emptiness - vacancy - void - vacuity - hoover - vacuum-cleanempty - aught - clean - suck