Vertaling van white
zilver
bleek
wit
waslap
washandje
Voorbeelden in zinsverband
The paper is white.
Het papier is wit.
The dog is white.
De hond is wit.
A nurse wears white.
Een verpleegster kleedt zich in het wit.
My dog is white.
Mijn hond is wit.
She has a white cat.
Ze heeft een witte kat.
Do you like white chocolate?
Hebt ge graag witte chokolade?
His hair has turned white.
Zijn haar is wit geworden.
She wore a white dress.
Ze droeg een wit kleed.
White doves are beautiful birds.
Witte duiven zijn mooie vogels.
Dad painted the walls white.
Papa schilderde de muren wit.
She had white shoes on.
Ze had witte schoenen aan.
We have a white cat.
We hebben een witte kat.
She painted the walls white.
Ze verfde de muren wit.
That white parasol is hers.
Die witte parasol is van haar.
White doves are pretty birds.
Witte duiven zijn mooie vogels.