Vertaling van wind
omwinden
I wind
you wind
we wind
ik omwikkel
jij omwikkelt
wij omwikkelen
» meer vervoegingen van omwikkelen
winden
op een klos winden
spoelen
I wind
you wind
we wind
ik wind op
jij windt op
wij winden op
» meer vervoegingen van opwinden
strengelen
wikkelen
oprollen
I wind
you wind
we wind
ik wind
jij windt
wij winden
» meer vervoegingen van winden
kromtrekken
doorbuigen
trekken
buigen
I wind
you wind
we wind
ik buig door
jij buigt door
wij buigen door
» meer vervoegingen van doorbuigen
I wind
you wind
we wind
ik slinger
jij slingert
wij slingeren
» meer vervoegingen van slingeren
I wind
you wind
we wind
ik kronkel
jij kronkelt
wij kronkelen
» meer vervoegingen van kronkelen
asem
aam
Voorbeelden in zinsverband
There is no wind today.
Er staat geen wind vandaag.
A strong wind was blowing.
Er stond een straffe wind.
Bamboo bends before the wind.
Bamboe buigt zich in de wind.
The wind gently kissed the trees.
De wind kuste de bomen teder.
There was no wind at all yesterday.
Er was helemaal geen wind gisteren.
Who seeds wind, shall harvest storm.
Wie wind zaait, zal storm oogsten.
The wind is blowing from the north.
De wind komt uit het noorden.
There is not the least wind today.
Vandaag is er helemaal geen wind.
He could always tell which direction the wind was blowing.
Hij kon altijd zeggen in welke richting de wind blies.
As the wind blows, so does his jacket.
Zoals de wind waait, waait zijn jasje.
You know the phrase, we harvest, that which we sow. I have sown the wind and this is my storm.
Jullie kennen de uitdrukking, dat we oogsten wat we zaaien. Ik heb de wind gezaaid en hier is mijn storm.