Vertaling van wish
I wish
you wish
we wish
ik draag toe
jij draagt toe
wij dragen toe
» meer vervoegingen van toedragen
I wish
you wish
we wish
ik wens
jij wenst
wij wensen
» meer vervoegingen van wensen
toewensen
I wish
you wish
we wish
ik wens
jij wenst
wij wensen
» meer vervoegingen van wensen
I wish
you wish
we wish
ik verlang
jij verlangt
wij verlangen
» meer vervoegingen van verlangen
I wish
you wish
we wish
ik wil
jij wil
wij willen
» meer vervoegingen van willen
I wish
you wish
we wish
ik gun
jij gunt
wij gunnen
» meer vervoegingen van gunnen
Voorbeelden in zinsverband
I wish I were taller.
Ik had graag groter willen zijn.
I have but one wish.
Ik heb maar een wens.
I wish you were dead!
Ik wou dat je dood was!
I wish I could swim.
Ik wou dat ik kon zwemmen.
I wish you spoke Spanish.
Ik wou dat je Spaans sprak.
I wish I were rich.
Ik wenste dat ik rijk was.
I wish I could go.
Ik wou dat ik meekon.
I wish he were here now.
Ik wou dat hij hier was nu.
I wish this job was over.
Ik wou dat dit werk voorbij was.
I wish I had seen her.
Ik wou dat ik haar gezien had.
This day, my greatest wish was realized.
Deze dag werd mijn liefste wens vervuld.
I wish it would stop raining.
Ik wou dat het ophield met regenen.
My wish is to conquer this mountain.
Mijn wens is om deze berg te bedwingen.
I wish I were young again.
Ik zou willen opnieuw jong zijn.
Do you wish me to help?
Wilt ge dat ik u help?