Vertaling van year
planeetjaar
schoolklas
schooljaar
Voorbeelden in zinsverband
What year is it?
Welk jaar is het?
Happy New Year!
Gelukkig Nieuwjaar!
The world's population is growing from year to year.
De wereldbevolking groeit van jaar tot jaar.
His father died last year.
Zijn vader is vorig jaar overleden.
He visited Kyoto last year.
Hij bezocht Kyoto vorig jaar.
His son died last year.
Zijn zoon is het afgelopen jaar gestorven.
He stopped smoking last year.
Hij stopte met roken vorig jaar.
Imports exceeded exports last year.
De invoer was groter dan de uitvoer vorig jaar.
He changed school last year.
Hij veranderde van school vorig jaar.
A year has twelve months.
Een jaar heeft twaalf maanden.
I'll be seventeen next year.
Volgend jaar word ik zeventien.
Was he in Hokkaido last year?
Is hij in Hokkaido geweest vorig jaar?
I lived in New York last year.
Vorig jaar woonde ik in New York.
My husband earns $100,000 a year.
Mijn echtgenoot verdient honderdduizend dollar per jaar.
Her mother passed away last year.
Haar moeder is vorig jaar overleden.