Vertaling van ahora
Inhoud:
Spaans
Nederlands
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Ahora recuerdo.
Ik herinner het me nu.
¿Y ahora?
En nu?
¿Estás libre ahora?
Heb je nu tijd?
Ahora estoy muy cansado.
Ik ben nu erg moe.
Ahora estoy confundido.
Nu ben ik in de war.
¿Adónde van ahora?
Waar gaan ze nu naar toe?
Ahora me acuerdo.
Nu weet ik het weer.
Puedes entrar ahora.
Je mag nu binnenkomen.
No necesito nada ahora.
Ik heb nu niets nodig.
Ahora vivo en Kioto.
Ik woon nu in Kyoto.
Hasta ahora todo bien.
Tot dusver gaat alles goed.
Ahora estoy agotado.
Ik ben moe nu.
¿Dónde vive usted ahora?
Waar woont u nu?
¿Debo ir ahora?
Moet ik nu gaan?
¿Quién se ríe ahora?
Wie lacht nu?