Vertaling van al mismo tiempo
Inhoud:
Spaans
Nederlands
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Ellos empezaron al mismo tiempo.
Ze begonnen tegelijkertijd.
Los dos sonreímos casi al mismo tiempo.
We glimlachten beiden op bijna hetzelfde moment.
Tom ocupa dos computadores al mismo tiempo.
Tom gebruikt twee computers tegelijkertijd.
Uno no puede hacer muchas cosas al mismo tiempo.
Iemand kan niet veel dingen tegelijkertijd doen.
Algunas personas leen el periódico y ven la televisión al mismo tiempo.
Sommige mensen lezen de krant en kijken tegelijk naar de televisie.