Vertaling van alfombra

Inhoud:

Spaans
Nederlands
alfombra [m] (el ~) {zn.}
tapijt  [o]
vloerkleed [o]
kleed [o]
karpet [o]
Dormir en una alfombra es genial.
Op een tapijt slapen is geweldig.
Derramé mi café sobre la alfombra.
Ik morste mijn koffie op het tapijt.


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Dormir en una alfombra es genial.

Op een tapijt slapen is geweldig.

Derramé mi café sobre la alfombra.

Ik morste mijn koffie op het tapijt.

La alfombra estaba llena de pelo de gato.

Het tapijt was bedekt met kattenhaar.