Vertaling van bolsillo

Inhoud:

Spaans
Nederlands
bolsillo [m] (el ~) {zn.}
zak [m]
¿Qué más tienes en el bolsillo?
Wat hebt ge nog meer op zak?
Metiendo su mano en el bolsillo, Dima sacó una gigantesca maleta.
Dima stak zijn hand in zijn zak en haalde er een gigantische aktetas uit.


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

¿Qué más tienes en el bolsillo?

Wat hebt ge nog meer op zak?

Metiendo su mano en el bolsillo, Dima sacó una gigantesca maleta.

Dima stak zijn hand in zijn zak en haalde er een gigantische aktetas uit.

- ¡¿Cómo ha conseguido meter una maleta dentro de su bolsillo?! -preguntó la mujer anonadada.

"Hoe heeft u een aktetas in uw zak gekregen?!" vroeg de vrouw stomverbaasd.