Vertaling van cena
het avondmaal gebruiken
él/ella cena
hij/zij/het soupeert
» meer vervoegingen van souperen
él/ella cena
hij/zij/het dineert
» meer vervoegingen van dineren
Voorbeelden in zinsverband
La cena está preparada.
Het avondeten is klaar.
La cena está preparada.
Het avondeten is klaar.
Déjame pagar por la cena.
Laat mij voor het eten betalen.
La cena está casi lista.
Het avondeten is bijna klaar.
La cena está casi lista.
Het avondeten is bijna klaar.
Perdón si no cociné bien la cena.
Neem me niet kwalijk als ik het avondeten niet goed gekookt heb.
Mi madre está ocupada cocinando la cena.
Mijn moeder is bezig het avondeten te koken.
No estoy dispuesto a cocinar cena para veinte personas.
Ik ben niet van plan om voor twintig man te koken.
Yo lavé los platos después de la cena.
Na het avondeten deed ik de afwas.