Vertaling van cine

Inhoud:

Spaans
Nederlands
cine [m] (el ~) {zn.}
cinema [m]
bioscoop  [m]
Vamos a ir al cine.
We gaan naar de bioscoop.
¿Por qué las personas van al cine?
Waarom gaan mensen naar de cinema?
cine [m] (el ~) {zn.}
cinematografie 
filmkunst


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Vamos a ir al cine.

We gaan naar de bioscoop.

¿Por qué las personas van al cine?

Waarom gaan mensen naar de cinema?

Steven Spielberg es un director de cine.

Steven Spielberg is een filmregiseur.

¿Por qué las personas van al cine?

Waarom gaan mensen naar de cinema?

El sábado fuimos al cine, y luego al restorán.

Zaterdag zijn we naar de film geweest en daarna naar het restaurant.

Lo intentaré, pero no estoy segura de si podré venir al cine o no.

Ik zal het proberen, maar ik weet niet zeker of ik morgen naar de bioscoop kan komen of niet.