Vertaling van consentir
Inhoud:
Spaans
Nederlands
entregar, consentir {ww.}
inleveren
overhandigen
overhandigen
Favor de entregar los documentos necesarios.
Kunt u de benodigde papieren inleveren?
mimar, consentir, abrumar con favores {ww.}
verwennen
troetelen
vertroetelen
koesteren
troetelen
vertroetelen
koesteren