Vertaling van crédito

Inhoud:

Spaans
Nederlands
crédito [m] (el ~) {zn.}
tegoed
creditzijde [v]
krediet
credit [o]


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

¿Tiene tarjeta de crédito?

Heeft u een kredietkaart?

Tom no tiene tarjetas de crédito.

Tom heeft geen kredietkaart.

¿Puedo pagar con tarjeta de crédito?

Kan ik met een creditcard betalen?

Llamo porque he perdido mi carta de crédito.

Ik bel om te zeggen dat ik mijn kredietkaart verloren heb.

A la policía le es muy sencillo comprender que alguien ha robado mi tarjeta de crédito y se ha llevado una enorme cantidad de dinero. Es mucho más díficil hacerles comprender que "alguien ha robado mi espada mágica".

De politie is er heel goed in om te begrijpen dat iemand mijn creditcard gestolen heeft en een heleboel geld heeft opgenomen. Het is veel moeilijker om ze bij te brengen dat "iemand mijn magische zwaard gestolen heeft".