Vertaling van cubierto

Inhoud:

Spaans
Nederlands
cubierto [m] (el ~) {zn.}
tafelgerei
couvert [o]
eetgerei [o]
bestek  [o]
cubierto, nublado, encapotado, anublado, cubierto de nubes {bn.}
betrokken 
bewolkt 
cubierto, nublado, anublado, cubierto de nubes {bn.}
bewolkt 
encapotado, cubierto {bn.}
betrokken 
bewolkt 
donker 
somber
cubrir, tapar {ww.}
toedekken
dekken 
bedekken 
beleggen 

yo he cubierto
has cubierto
él/ella ha cubierto

ik heb toegedekt
jij hebt toegedekt
hij/zij/het heeft toegedekt
» meer vervoegingen van toedekken



Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Él estaba cubierto en sudor.

Hij was helemaal bezweet.

El país entero estaba cubierto de nieve.

Het hele land was bedolven onder sneeuw.

El pájaro estaba cubierto de plumas blancas.

De vogel was bedekt met witte veren.


Gerelateerd aan cubierto

nublado - encapotado - anublado - cubierto de nubes - cubrir - tapar