Vertaling van distinguir
Inhoud:
Spaans
Nederlands
distinguir {ww.}
onderscheiden
onderscheid maken tussen
onderkennen
onderscheid maken tussen
onderkennen
¿Sabes distinguir la mantequilla de la margarina?
Kan jij boter van margarine onderscheiden?
La realidad y la fantasía son difíciles de distinguir.
Realiteit en fantasie zijn moeilijk te onderscheiden.
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
¿Sabes distinguir la mantequilla de la margarina?
Kan jij boter van margarine onderscheiden?
No lo puedo distinguir de su hermano.
Ik kan hem en zijn broer niet uit elkaar houden.
No es siempre fácil distinguir los japoneses de los chinos.
Het is niet altijd makkelijk om Japans en Chinees uit elkaar te houden.
La realidad y la fantasía son difíciles de distinguir.
Realiteit en fantasie zijn moeilijk te onderscheiden.
Distinguir lo bueno de lo malo es difícil.
Het is moeilijk om goed van fout te onderscheiden.
Debes educar a tu lengua a distinguir el buen café del malo.
Je moet je tong leren om goede koffie van slechte te onderscheiden.