Vertaling van duro
Inhoud:
Spaans
Nederlands
duro {zn.}
douro
duro {bn.}
leerachtig
lederen
leren
taai
lederen
leren
taai
duro, firme {bn.}
hard
onzacht
stug
onzacht
stug
yo duro
él/ella duró
ik houd stand
hij/zij/het hield stand
» meer vervoegingen van standhouden
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Ella trabajó duro.
Ze werkte hard.
Era duro como piedra.
Het was steenhard.
Trabajas muy duro.
Je werkt te hard.
Este colchón es muy duro.
Dit is een zeer harde matras.
Tienes que trabajar muy duro.
Je moet heel hard werken.
¿Es más duro perdonar u olvidar?
Is het moeilijker te vergeven, of te vergeten?
Tom quería que Mary trabajara más duro.
Tom wilde dat Mary harder werkte.
Mi disco duro está casi lleno.
Mijn harde schijf is bijna vol.