Vertaling van esquiar
Inhoud:
Spaans
Nederlands
esquiar {ww.}
skiën
Sé esquiar.
Ik kan skiën.
Creo que iré a esquiar.
Ik denk dat ik ga skiën.
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Sé esquiar.
Ik kan skiën.
Me gusta esquiar.
Ik ski graag.
Creo que iré a esquiar.
Ik denk dat ik ga skiën.