Vertaling van fuerza
Inhoud:
Spaans
Nederlands
violentar, forzar {ww.}
geweld aandoen
verkrachten
forceren
verkrachten
forceren
él/ella fuerza
hij/zij/het verkracht
» meer vervoegingen van verkrachten
forzar, obligar {ww.}
dwingen
verplichten
noodzaken
verplichten
noodzaken
él/ella fuerza
hij/zij/het dwingt
» meer vervoegingen van dwingen
Nunca te voy a obligar a casarte con él.
Ik zal je nooit dwingen om met hem te trouwen.
No me puedes obligar a hacer algo que no quiero.
Je kan me niet dwingen iets te doen wat ik niet wil.
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Que la fuerza te acompañe.
Moge de kracht met je zijn.
La gravedad es una fuerza natural por la que las cosas se atraen las unas a las otras.
Zwaartekracht is een natuurkracht, waardoor dingen elkaar aantrekken.