Vertaling van impresión

Inhoud:

Spaans
Nederlands
impresión [v] (la ~), huella [v] (la ~), indicio [m] (el ~), traza, vestigio [m] (el ~) {zn.}
spoor
voetspoor
afdruk  [m]


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Da una mala impresión.

Hij maakt een slechte indruk.

Tengo la impresión de que ella vendrá hoy.

Ik heb het idee dat ze vandaag zal komen.


Gerelateerd aan impresión

huella - indicio - traza - vestigio