Vertaling van marido
Voorbeelden in zinsverband
Será un buen marido.
Hij zal een goede echtgenoot zijn.
¡Devuélveme a mi marido!
Geef me mijn man terug!
Será un buen marido.
Hij zal een goede echtgenoot zijn.
Su difunto marido era violinista.
Wijlen haar echtgenoot was violist.
Ella odiaba a su marido.
Ze haatte haar echtgenoot.
A ella no le gustaba su marido.
Ze had haar echtgenoot niet graag.
Este es mi marido
Dit is mijn man
Encontrar un marido adecuado es más difícil que ganar la lotería.
Een geschikte man vinden is moeilijker dan de lotto winnen.
Una mujer a la que se le ha muerto el marido es una viuda.
Een vrouw wier echtgenote is overleden is een weduwe.
Dijo que su marido le había pegado, pero en realidad fue alrevés.
Ze zei dat haar man haar sloeg maar eigenlijk was het andersom.
El marido de la hermana de mi padre es mi tío.
De echtgenoot van de zuster van mijn vader is mijn oom.