Vertaling van mayo

Inhoud:

Spaans
Nederlands
mayo [m] (el ~) {zn.}
mei  [m]
bloeimaand [v]
Su cumpleaños es el cinco de mayo.
Zijn verjaardag is op 5 mei.
Eso sucedió el primero de mayo.
Dat was op de eerste mei.


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Su cumpleaños es el cinco de mayo.

Zijn verjaardag is op 5 mei.

Eso sucedió el primero de mayo.

Dat was op de eerste mei.

En mayo, todos los pájaros ponen un huevo.

In mei leggen alle vogeltjes een ei.