Vertaling van presentar

Inhoud:

Spaans
Nederlands
presentar, retratar, representar {ww.}
voorstellen
spelen 
aanbieden 
vertonen
presenteren
indienen
Te voy a presentar a mi familia.
Ik ga je voorstellen aan mijn familie.
exponer, presentar, exhibir {ww.}
uitstallen
etaleren
uitbrengen
blootstellen 
exponer, presentar, impresionar {ww.}
uitstallen
tentoonstellen
uiteenzetten 
belichten 


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Te voy a presentar a mi familia.

Ik ga je voorstellen aan mijn familie.

Él se va a presentar a las elecciones del año que viene.

Hij zal zich volgend jaar verkiesbaar stellen.


Gerelateerd aan presentar

retratar - representar - exponer - exhibir - impresionar