Vertaling van registrar

Inhoud:

Spaans
Nederlands
registrar {ww.}
fouilleren
registrar, escudriñar, indagar {ww.}
doorzoeken
fouilleren
afzoeken
inspeccionar, registrar {ww.}
fouilleren
visiteren
inscribir, registrar {ww.}
registreren
vastleggen
boeken
aantekenen 
Podemos registrar el pasado y el presente.
We kunnen het verleden en het heden registreren.


Gerelateerd aan registrar

escudriñar - indagar - inspeccionar - inscribir