Vertaling van rumor
Inhoud:
Spaans
Nederlands
rumor , habladuría, bulo {zn.}
gerucht
praatje
praatje
Mayuko negó el rumor.
Mayuko ontkende het gerucht.
Por desgracia, ese rumor es cierto.
Helaas is het gerucht waar.
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Mayuko negó el rumor.
Mayuko ontkende het gerucht.
Creo que ese rumor es verdad .
Ik denk dat dat gerucht waar is.
Por desgracia, ese rumor es cierto.
Helaas is het gerucht waar.
El rumor de su muerte resultó ser falso.
Het gerucht over haar dood bleek niet waar te zijn.