Vertaling van salida
Inhoud:
Spaans
Nederlands
salida {zn.}
uitgang
uitweg
afrit
uitweg
afrit
¿Dónde está la salida?
Waar is de uitgang?
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
¿Dónde está la salida?
Waar is de uitgang?
Es una profesora recién salida de la universidad.
Ze is een net van de universiteit afgestudeerde lerares.
Pospusimos nuestra salida a causa de la tormenta.
We stelden ons vertrek uit vanwege de storm.
Afortunadamente, había una tienda Armani a la salida del callejón en el que Dima había dormido.
Gelukkig was er een Armaniwinkel vlakbij het steegje waar Dima had geslapen.