Vertaling van sino
Voorbeelden in zinsverband
No soy médico, sino profesor.
Ik ben geen dokter, maar een leraar.
Jim no es abogado, sino médico.
Jim is geen advokaat, maar dokter.
Ellos no son enemigos sino amigos.
Zij zijn geen vijanden, maar vrienden.
Él no es doctor, sino enfermero.
Hij is geen dokter, maar een verpleger.
Lo más importante no es ganar, sino participar.
Niet winnen is belangrijk, maar deelnemen.
No importa como muere alguien, sino como vivió la vida.
Het doet er niet toe hoe iemand sterft, maar hoe hij leeft.
Ella no está en casa, sino que en la escuela.
Ze is niet thuis, maar op school.
John no es mi hermano, sino mi primo.
John is niet mijn broer maar mijn neef.
No vemos las cosas según son, sino según somos.
We zien de dingen niet zoals ze zijn, maar zoals we zelf zijn.
El aprendizaje no debe ser forzado, sino estimulado.
Men moet niet dwingen te leren. Leren moet men aanmoedigen.
No es lo que dices, sino cómo lo dices.
Het is niet wat je zegt, maar hoe je het zegt.
La chica de esta imagen lleva una corona, no de oro, sino de flores.
Op de foto heeft het meisje geen gouden kroon, maar een kroon van bloemen op.
No necesitamos una mente brillante que hable, sino un corazón paciente que escuche.
Wat we nodig hebben is niet een intelligente geest die spreekt, maar een geduldig hart dat luistert.
No fue sino hasta que Chikako me dejó que me di cuenta de cuanto la amaba.
Pas toen Chikako bij me wegging realizeerde ik mij hoeveel ik van haar hield.
Lo que es importante no es cuántos libros lees, sino cuáles libros lees.
Het gaat er niet om hoeveel boeken je leest, maar welke boeken je leest.