Vertaling van torta
Inhoud:
Spaans
Nederlands
Mamá está preparando una tarta.
Mama is een taart aan het maken.
Ella dividió la tarta en cinco partes.
Ze verdeelde de taart in vijf stukken.
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Ella me horneó una torta.
Ze bakte een cake voor mij.
Esta torta está muy dulce.
Deze cake is erg zoet.
Ella me horneó una torta.
Ze bakte een cake voor mij.
A Hanako le gusta muchísimo la torta.
Hanako houdt erg van gebak.
¿Me puedo comer otro trozo de torta?
Mag ik nog een stuk taart hebben?