Vertaling van tráfico

Inhoud:

Spaans
Nederlands
tráfico [m] (el ~), tránsito [m] (el ~), circulación [v] (la ~) {zn.}
verkeer
passage  [v]
No me agrada el tráfico.
Ik hou niet van het verkeer.
Deberíamos llegar si no hay demasiado tráfico.
We zouden er moeten geraken als er niet te veel verkeer is.


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

No me agrada el tráfico.

Ik hou niet van het verkeer.

Deberíamos llegar si no hay demasiado tráfico.

We zouden er moeten geraken als er niet te veel verkeer is.

Él perdió la vida en un accidente de tráfico.

Hij kwam om het leven in een verkeersongeluk.

Si el número de autos incrementa, también lo hará el tráfico.

Als het aantal auto's toeneemt, neemt ook het verkeer toe.


Gerelateerd aan tráfico

tránsito - circulación