Vertaling van tuya
Inhoud:
Spaans
Nederlands
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
¿Esta bicicleta es tuya?
Is deze fiets van jou?
¡No es cosa tuya!
Dat zijn jouw zaken niet.
¿Cuál taza es la tuya?
Welke tas is van jou?
¿Qué bolsa es la tuya?
Welke tas is van jou?
El gerente dijo que era culpa tuya.
De manager zei dat het jouw schuld was.
Mi opinión es distinta de la tuya.
Mijn gedacht is niet hetzelfde als dat van u.
¿Tienes alguna foto tuya?
Heb je ook foto's van jezelf?