Vertaling van visitar
Inhoud:
Spaans
Nederlands
Voorbeelden in zinsverband
Spaans
Nederlands
Quiero visitar Corea.
Ik wil Korea bezoeken.
Su sueño es visitar París.
Haar droom is om Parijs te bezoeken.
No me gusta visitar ciudades grandes.
Ik bezoek niet graag grote steden.
Tengo que visitar a mi amigo en el hospital.
Ik moet mijn vriend in het ziekenhuis bezoeken.
Fui al hospital a visitar a mi esposa.
Ik ging naar het ziekenhuis om mijn vrouw te bezoeken.
Voy a visitar a mi tío la semana que viene.
Ik zal volgende week mijn oom bezoeken.
Me encantaría visitar tu país nuevamente
Ik zou graag jouw land nog eens bezoeken