Vertaling van vista

Inhoud:

Spaans
Nederlands
vista [m] (el ~), aduanero {zn.}
tolbeambte
douanebeambte [m]
vista [v] (la ~) {zn.}
uitzicht [o]
La vista desde la cima es bellísima.
Het uitzicht vanaf de top is erg mooi.
vista [v] (la ~) {zn.}
gezicht  [o]
zicht 
gezichtsvermogen
Fue amor a primera vista.
Het was liefde op het eerste gezicht.
Me enamoré a primera vista.
Ik was verliefd op het eerste gezicht.
vista [v] (la ~) {zn.}
gezichtsvermogen
contemplación [v] (la ~), vista [v] (la ~) {zn.}
beschouwing  [v]
aanschouwing  [v]
aspecto [m] (el ~), vista [v] (la ~) {zn.}
uiterlijk
aanschijn [o]
buitenkant [m]
aanblik  [m]
vestir {ww.}
staan
aankleden 
omkleden
kleden


Voorbeelden in zinsverband

Spaans
Nederlands

Hasta la vista.

Vaarwel.

¡Barco a la vista!

Schip ahoi!

Él tiene mala vista.

Hij ziet slecht.

Tienes mejor vista que yo.

Je ziet beter dan ik.

Alzó la vista hacia él.

Ze keek naar hem op.

Fue amor a primera vista.

Het was liefde op het eerste gezicht.

Me enamoré a primera vista.

Ik was verliefd op het eerste gezicht.

La vista desde la cima es bellísima.

Het uitzicht vanaf de top is erg mooi.

Reconocía a María a primera vista.

Ik herkende Mary bij het eerste zicht.

No pierdas de vista la maleta.

Houd deze koffer in de gaten.

Él se enamoró a primera vista de ella.

Voor hem was het liefde op het eerste gezicht.

Vista desde una distancia, lucía como un rostro humano.

Vanuit de verte gezien zag het eruit als een menselijk gezicht.

En mi personal punto de vista, su opinión es correcta.

Volgens mij heeft hij gelijk.

Vista de lejos, se ve como una pelota.

Van ver gezien lijkt het op een bal.

Vista desde una distancia, la isla se veía como una nube.

Vanuit de verte gezien zag het eiland eruit als een wolk.


Gerelateerd aan vista

aduanero - contemplación - aspecto - vestir