Vertaling van connaître

Inhoud:

Frans
Nederlands
connaître {ww.}
kennen 
bekend zijn met
Il semble nous connaître.
Hij lijkt ons te kennen.
Enchantée de te connaître, Ken.
Blij u te leren kennen, Ken.


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

Il semble nous connaître.

Hij lijkt ons te kennen.

Enchantée de te connaître, Ken.

Blij u te leren kennen, Ken.

Il a fini par connaître la vérité.

Uiteindelijk ontdekte hij de waarheid.

Connaître une langue est une chose, l'enseigner en est une autre.

Een taal spreken is één ding, maar iemand een taal leren is iets helemaal anders.

As-tu vraiment besoin de poser la question pour connaître la réponse ?

Moet je echt de vraag stellen om het antwoord te weten te komen?