Vertaling van dire

Inhoud:

Frans
Nederlands
dire {ww.}
zeggen 
opgeven
Puis-je dire quelque chose ?
Mag ik iets zeggen?
J'aimerais dire oui, mais...
Ik wil graag ja zeggen, maar...


Voorbeelden in zinsverband

Frans
Nederlands

J'aimerais dire oui, mais...

Ik wil graag ja zeggen, maar...

Veuillez lui dire d'attendre.

Vraag hem alstublieft om te wachten.

J'ose dire qu'il a raison.

Ik durf te zeggen dat hij gelijk heeft.

Vous voulez vraiment dire cela ?

Meent ge dat?

Puis-je dire quelque chose ?

Mag ik iets zeggen?

Je n'ai rien de plus à dire.

Ik heb hierover niets verder te zeggen.

Comment oses-tu dire une telle chose.

Hoe durf je zoiets zeggen?

On devrait toujours dire la vérité.

Ge zoudt altijd de waarheid moeten zeggen.

Je ne sais simplement pas quoi dire...

Ik weet gewoonweg niet wat te zeggen...

Il peut dire de telles choses.

Hij kan zoiets zeggen.

Merci de dire bonjour à tes parents.

Zeg alsjeblieft gedag tegen je ouders.

Tu ne peux pas dire "Non."

Je kan niet "nee" zeggen.

Vous auriez dû lui dire la vérité.

Je had hem de waarheid moeten zeggen.

Le policier doit dire "c'est la loi".

De politieagent moet zeggen "Zo luidt de wet."

Je ne sais simplement pas quoi dire...

Ik weet gewoon niet wat ik moet zeggen...